070-3468288

Het geboorteverhaal van An


10 juni, 2020

In mei wist vrijwel iedereen die mij was tegen gekomen dat ik de zwangerschap he-le-maal zat was. Nja, niet dat ik er ooit wèl van had genoten, maar het duurde veel langer dan mij lief was. De uitgerekende datum kwam steeds dichterbij en er was nog geen einde in zicht.

Bevalling opwekken

In de laatste maand had ik wekelijks een controle bij de verloskundige. Elke week hoopte ik dat de volgende afspraak niet door zou gaan omdat ik intussen bevallen zou zijn. Fingers crossed. In de 39e week bespraken we de mogelijkheden om ingeleid te worden. Dit kon pas vanaf de 41e week, via de gynaecoloog in het ziekenhuis. Dat betekent dat mijn eigen verloskundige de bevalling niet zal mogen begeleiden. Ik wilde deze optie liever niet, want ik vond mijn eigen verloskundigenpraktijk juist zo fijn en vertrouwd.

Wel kon ik met 40 weken gestript worden om de bevalling op te wekken. De verloskundige gaat dan met haar vingers naar binnen om de vliezen wat los te maken van de baarmoederwand. Je lichaam maakt een bepaald stofje aan wat weeën op kan wekken. Deze methode werkt volgens de ervaring van mijn verloskundige bij 1 op de 6 vrouwen na één keer strippen, maar kan na een paar dagen nogmaals gedaan worden om een tweede poging te doen.

Niet geschoten is altijd mis, en ik wilde van alles proberen om de bevalling op te wekken. Wat was ik klaar met deze zwangerschap.

Dus 22 mei lag ik daar op de ligtafel, klaar om gestript te worden. Hopend dat ik die ene vrouw zou zijn waarbij het na één keer lukt. Op een gegeven moment zat de zwangerschap me zo hoog, dat ik opeens begon te huilen toen ik daar lag. De verloskundige (Sylke) was heel lief, gaf ruimte voor mijn emoties en kalmeerde me. Ook sprak ze met mij af dat ik donderdag 28 mei ingeleid zal worden als ik dan nog niet bevallen ben. Ze zag dat ik het er mentaal zwaar mee had.

Tijdens het strippen voelde Sylke dat ik al 2-3 cm ontsluiting had! Mijn lichaam was dus al van zichzelf bezig! Wat een opluchting.

Na de handeling gaf Michael mij een veelbetekende knuffel en gingen we weer huiswaarts, hopend dat het elk moment zou beginnen. Diezelfde dag gebeurde er helaas nog niks.

Gebroken vliezen

De volgende dag (zaterdag) wilde ik niet de hele tijd thuis zitten wachten, dus ging ik naar de Frederik Hendriklaan (winkelstraat) om nog wat dingetjes te kopen. Het was mooi weer, dus ik maakte er een lange wandeling van. Met tussendoor natuurlijk voldoende zitpauzes, want met die bolle buik ging het allemaal maar wat moeizaam.

Ik was nog maar net een uurtje thuis en ik voelde wat vocht sijpelen tussen mijn benen elke keer als ik opstond. Zouden mijn vliezen zijn gebroken of is het urineverlies omdat de baby constant tegen mijn blaas aan drukt? Ik twijfelde hierover omdat het steeds maar een beetje was. Ik belde de verloskundige om mijn twijfel te bespreken en ze sprak met mij af dat ze de volgende ochtend langs zou komen. Ik informeerde Michael (die op dat moment even bij zijn vader was) over de situatie en ik zei dat er geen noodgang of dergelijke is, omdat ik het niet zeker wist. Toch kwam hij meteen naar huis en kwam bij me zitten. We praatten wat over onze middag toen ik plots steeds meer 'vocht' voelde sijpelen. Ik ging naar het toilet want ik was in de veronderstelling dat ik gewoon heel veel moest plassen. Toen ik op de wc-bril zat, kwam er meteen een plens helder water uit mijn lichaam. Ja, nu wist ik het zeker; mijn vliezen waren gebroken. En gelukkig was Michael thuis met mij. Wat was ik ontzettend blij: eindelijk gaat het gebeuren!

Toch?

Tijd dringt

Nu was het weer wachten tot de weeën zouden beginnen. Als dat niet binnen 24 uur zou zijn, dan kreeg ik een medische indicatie en zou ik verplicht naar het ziekenhuis moeten wegens infectiegevaar. Het is nu immers een open ingang voor bacteriën die mijn baarmoeder in kunnen treden. De baby wordt niet meer beschermd door mijn vliezen, gezien deze 'gebroken' zijn. Het advies was om goed uit te rusten omdat ik alle energie nodig zal hebben voor de naderende bevalling.

Probeer maar eens te slapen als je weet dat elk moment de langverwachte, grote gebeurtenis plaats zal vinden. Ik heb die zaterdagnacht maar drie uurtjes geslapen.

Zoals afgesproken kwam verloskundige Miriam zondagochtend bij me langs, deed wat controles en belde in mijn bijzijn met het ziekenhuis. Als ik die zondag vóór 18 uur weeën kreeg, mocht ze mijn bevalling nog begeleiden in het ziekenhuis. Zo niet, werd ik rond 18 uur bij de gynaecoloog van het ziekenhuis verwacht. Het ziekenhuis hield in ieder geval vast een verloskamer voor me vrij, omdat ik ver van tevoren reeds had besloten om niet thuis te bevallen maar aldaar.

Medische indicatie

Helaas had ik zondag rond 17:30 uur nog geen weeën en kreeg ik officieel een medische indicatie. Ik baalde ervan, wetende dat ik door iemand behandeld zal worden die niet met mij het hele traject van bijna 9 maanden heeft meegemaakt. Iemand die mij alleen op papier (medisch dossier) snel scant en die mij niet als persoon kent.

Eenmaal in het ziekenhuis werd ik een uur aan een hartmonitor (voor de baby) gezet zodat ze konden controleren of het goed gaat met de baby. Na een uur observatie waren er geen complicaties geconstateerd en stuurden ze me weer naar huis om 72 uren de weeën af te wachten. What the fuck? Ik dacht dat het eindelijk zou beginnen en nu moet ik weer drie dagen afwachten? Kan het nog vreselijker?

Ik ging nog even snel naar het toilet, maar het vruchtwater welke ik nog steeds lekte, kreeg een lichtgroene kleur. Ik gaf dit aan bij de verpleegkundige en ze ging mijn maandverband met haar collega analyseren en bespreken. Awkward, dacht ik.

Na overleg namen ze bij mij een uitstrijkje om te laten testen of ik de GBS bacterie had opgelopen. Echter zou het wel ongeveer 45 minuten duren voordat de uitslag bekend was, dus moesten we wederom wachten.

Ondertussen ging mijn vruchtwater van lichtgroen naar bruin, dat betekent dat de baby in het vruchtwater heeft gepoept. Dit kan een teken zijn dat de baby stress of zuurstoftekort heeft, dus zal de bevalling snel ingeleid moeten worden. We moesten dus toch blijven, en de verloskamer werd voor ons klaargemaakt.

Ik werd in de verloskamer aan drie apparaten gezet om de volgende redenen:

Medische reden #1: door de langdurig gebroken vliezen, moest de baby's hart nauw in de gaten worden gehouden middels een monitor (CTG).

Medische reden #2: de baby had in het vruchtwater gepoept, dus ik kreeg via een infuus een weeënopwekker (oxytocine) toegediend om de bevalling in gang te zetten.

Medische reden #3: de GBS test (een bacterie) bleek uiteindelijk positief, dus ik kreeg via een infuus antibiotica om besmetting bij de baby te voorkomen.

De bevalling

Ik was zo moe dat ik ondanks alles nog een uurtje in het ziekenhuisbed heb geslapen. Michael was vanzelfsprekend bij me en samen hebben we nog wat tijd doorgebracht in afwachting van de bevalling. Een klinische verloskundige genaamd Maaike kwam haarzelf voorstellen. Ze bleef ook even zitten om zomaar een praatje met ons te maken en leek oprecht geïnteresseerd. Zij ging mijn bevalling begeleiden, en (gelukkig) geen gynaecoloog. Ook heeft Maaike toevallig eerder jarenlang bij mijn verloskundigenpraktijk gewerkt, en dat gaf me op één of andere manier toch een vertrouwd gevoel. Gynaecologen hebben schijnbaar een andere werkwijze dan verloskundigen. Gynaecologen grijpen sneller medisch in terwijl verloskundigen juist de kracht van de natuur afwachten en ook kijken naar wat het beste is voor de gesteldheid en herstel van de vrouw. Althans, dat is wat ik heb vernomen.

Rond middernacht begon ik lichte weeën te krijgen. We waren inmiddels al 6 uren in het ziekenhuis. De verpleegkundige verhoogde de dosis oxytocine nog even en de weeën werden vrijwel meteen al heftiger.

Mijn ervaring is dat het prettig is om je houding zo nu en dan te veranderen, om de weeën op te vangen. Ik varieerde tussen een fitnessbal, op een harde stoel, zachte bank en liggend op het ziekenhuisbed. Als pijnbestrijding had ik een TENS-apparaat geleend van mijn verloskundige. Deze kwam Miriam nog persoonlijk langsbrengen in het ziekenhuis, dat was zo lief. Bij de TENS worden vier elektroden op je rug geplaatst welke stroomstootjes afgeeft via een apparaatje welke je aan je nek kunt hangen. Je kan zelf bedienen hoe sterk de stroomstoten zijn, en tijdens een wee druk je dan een 'boost'-knop in waardoor het nog extra stroom afgeeft. In principe word je door de stroomstoten dus afgeleid tijdens een wee; je kan het ook zien als een placebo effect. Ik wilde geen medische pijnbestrijding zolang ik dat zelf niet nodig vond.

De weeën volgden snel achter elkaar op, en ergens tussen 3 en 4 uur 's nachts kreeg ik de drang om te poepen. Ik wist van het internet dat persweeën voelt alsof je moet poepen, maar op dat moment twijfelde ik echt om naar het toilet te gaan en daar “mijn ding” te gaan doen. Toch maar niet gedaan. Zou ook weer gedoe zijn met al die draden waar ik aan vast zat.

Ik riep Maaike op en zij voelde dat ik al 9,5 cm ontsluiting had. Bij 10 cm mag je gaan persen, dus ik moest de persdrang (oftewel poepdrang) tegenhouden. Alsof je buiten loopt, voelt dat je explosieve diarree hebt maar alle moeite moet doen om het in te houden. Mocht je bijvoorbeeld lactose intolerant zijn zoals ik, herken je dat gevoel vast wel.

Al snel was het zover en ik mocht gaan persen tijdens de weeën. Op dat moment lag ik op mijn rug in het ziekenhuisbed en door de sterke weeën wilde ik niet meer van houding veranderen. Vantevoren had ik mezelf voorgenomen om op een baarkruk te bevallen, maar dit heb ik dus maar laten zitten.

Het persen is verder niet te vergelijken met ook maar één ander gevoel in het leven. Ik raad het verder ook niemand aan. Ik wilde de pijn niet meer verdragen en heb nog om pijnstilling gevraagd. Het maakte me niet meer uit welke pijnstilling, als ik het zelf maar niet meer voelde. Het was echter al te laat voor pijnstilling in deze eindfase van de bevalling, dus ik moest het doorstaan op eigen kracht. Ik had constant het gevoel dat ik moest huilen, omdat ik overliep van emoties. Echter kwamen de tranen maar niet, wat heel frustrerend was. Ik wilde juist graag even goed kunnen huilen, omdat het dan op zou luchten.

Ondertussen maakte Michael na elke wee een washandje opnieuw nat om het op mijn voorhoofd te leggen. Dat heb ik als erg prettig ervaren, terwijl ik er zelf niet eens om had gevraagd. Tijdens de wee hield hij mijn hand vast en telde hij (op mijn verzoek) hardop met me mee tot de 10. Ik moest namelijk bij elke wee 10 seconden lang persen, wat op dat moment als een eeuwigheid voelde. Omdat ik al mijn energie stopte in het persen, had ik moeite om tegelijkertijd ook nog te gaan tellen. Het is dan heel fijn als iemand anders voor je telt.

Nadat ik door het harde persen opeens een poeplucht rook, bleek dat ik had gepoept op het ziekenhuisbed (wat meteen zorgvuldig is schoongemaakt door de verpleegkundige). Tsja, dit is the real deal. Ongecensureerd. Ik heb uit schaamte een paar keer 'sorry' geroepen tijdens de weeën. Ze stelden me gerust dat het eigenlijk bijna altijd gebeurt, en dat het ook goed is omdat je juist ruimte maakt voor de baby om er uit te komen. Daar zit wat in.

Op een gegeven moment wilde ik niet meer persen. Abort mission. Ik kap ermee, dacht ik. Ik was oververmoeid. De verloskundige zei dat ik er al bijna was. Maar wat is bijna? Is dat nog één keer persen of tweemaal? Of meer? Elke perswee die ik nog moest, maakte een groot verschil uit voor mij. Michael keek ondertussen ook tussen mijn benen, zei dat ik er inderdaad bijna was (hij zag het hoofdje) en dat ik beter moest persen. Ik riep boos terug: “Beter persen?! GA LEKKER ZELF PERSEN!!” Gelukkig corrigeerde hij zichzelf en zocht hij andere woorden om me bij te staan.

De baby had haar hand bij haar mond, wat dus in de weg zat waardoor het hoofdje niet volledig naar buiten kon komen. De verloskundige vroeg of ze mij zou inknippen, om ruimte te maken voor het handje. Ze zei dat het me ook zelf zou lukken zonder het inknippen, als ik harder of langer kon persen. Ik zei dat ik oprecht niet wist of ik daar nog kracht voor had en dat ik die beslissing niet wilde maken. Uiteindelijk heeft ze me niet ingeknipt (een gynaecoloog zou dat wel hebben gedaan), mede omdat het herstel dan langer duurt.

Maandagochtend 25 mei om 05:12 uur werd onze dochter Fay geboren tijdens een laatste harde perswee. Dat gevoel, dat er een baby uit je vagina glijdt. Dat is zo bijzonder raar. Ze werd meteen op mijn buik gelegd, en daar bleef ze ook een uur lang. Mijn allereerste gedachte was letterlijk: “Wat moet ik hiermee??” Ik had niet meteen het moedergevoel of de behoefte om haar vast te houden. Ze gleed een beetje van me af en ik vroeg aan iemand anders om haar weer goed te leggen. Ik weet niet waarom ik dat niet zelf wilde doen. Ondertussen werd de placenta geboren (makkelijkste ooit na een bevalling) en werd ik gehecht.

Ik herinner me dat ik me opgelucht voelde toen Fay na het eerste uur bij me weggehaald werd om haar controles te doen (gewicht etc.). Ik kon naar mijn gevoel eindelijk even bijkomen. Ik mocht nog niet meteen opfrissen; ze moesten nog controles bij mij doen (bloeddruk etc.) en mij loskoppelen van de apparaten. Tevens moest er een verpleegkundige bij zijn tijdens het douchen. Het zou namelijk niet de eerste keer zijn dat er een zojuist bevallen vrouw flauw valt in de douche.

Ik werd goed verzorgd, kreeg ontbijt en werd in een rolstoel naar onze eigen kraamkamer gerold. Hier moesten Fay en ik 24 uur blijven voor observatie, wegens het verhoogde risico op infectie (zie medische reden #3). Michael mocht gelukkig ook blijven en kreeg een slaapbank naast mijn ziekenhuisbed. Ik had vantevoren in mijn vluchttas schone kleding voor ons beiden ingepakt, dat kwam goed van pas.

Fay werd elke drie uren door de verpleegkundigen op verschillende punten gecontroleerd, ook 's nachts. Dat was best fijn, omdat zij ook meteen de luiers verschonen. Ze maakten ook constant het flesje voeding voor Fay klaar, die we dan zelf mochten geven als we dat wilden. Dat liet ik verder over aan Michael. Het enige wat ik hoefde te doen was goed uitrusten en weer aansterken.

Borstvoeding

Tijdens de zwangerschap zei ik dat ik borstvoeding wilde gaan geven, omdat dit de beste voedingsstoffen heeft voor de baby. Echter rekende ik er niet op dat het me gemakkelijk af zou gaan, omdat het mijn moeder en tevens haar moeder niet was gelukt. Ik wilde het sowieso gaan proberen, maar hield in gedachten dat het goed mogelijk kan zijn dat mijn lichaam het niet kán. Één van de voordelen van een ziekenhuisbevalling is dat er een lactatiedeskundige aanwezig is die je kan helpen en adviseren bij de borstvoeding. Ik heb deze aangevraagd en ze kwam bij ons op de kraamkamer langs.

Samen gingen we Fay borstvoeding proberen te geven. Omdat dit niet geleidelijk lukte, probeerden we het met behulp van een tepelhoedje. Na een uur en heel veel geduld, zei ze eerlijk dat ze in haar beroep altijd 'borstvoeding' moet stimuleren, maar dat ze ook ziet dat het bij mij zo moeizaam gaat. Mijn melkklieren zouden onder andere te diep zitten. Ze haalde er een kolfapparaat bij om te kijken of we anders zo melk er uit konden krijgen.

Ik kan het niet precies plaatsen, maar tijdens het kolven kreeg ik overal rillingen. Het voelde alsof de emoties overliepen en mijn ziel er uit gezogen werd door dat apparaat. Na enkele minuten zei ik dat ik ermee wilde stoppen, dat ik dit niet aan kan. De lactatiedeskundige zei dat ze het goed van mij vond dat ik mijn grens had aangegeven. Ze zei dat als ik bij elke voeding zo moest 'strugglen' als het afgelopen uur, dat het me lichamelijk en mentaal zou opbreken. Ze maakte me er zeker van dat ik me niet schuldig hoef te voelen, en gelukkig deed ik dat ook niet. Ik had het immers al ingecalculeerd.

Alle medewerkers op de verloskundige afdeling van het Haga Juliana Geboortecentrum zijn zó lief en fijn. Ook de verloskundigen van Mundo Vroedvrouwen zijn tijdens mijn algehele zwangerschap èn de zes weken ná mijn bevalling enorm behulpzaam en van belang geweest. Je ziet er echt van af dat ze houden van hun werk en dit met passie uitvoeren. Elk gezinslid wordt betrokken bij de handelingen die ze doen en ze letten goed op de emotionele gesteldheid van de moeder. Ik kan door deze ervaring en goede zorg, ondanks de medische indicaties, toch nog enigszins met positiviteit terugkijken op mijn bevalling.

2004 - 2024 Mundo vroedvrouwen Surlinio